Activisme voor minderheidstalen

Activisme voor minderheidstalen

Introductie

Copyright: #YungFrysk (Better safe than sorry)

Ja, je kijkt inderdaad naar een condoomverpakking met de Fries-/Engelstalige tekst ‘Leaver safe as sorry’. Maar dit is niet zomaar een condoomverpakking. Deze verpakking is ontworpen door een taalactivistische organisatie van jonge Friestaligen, die op deze ludieke, jonge en hippe manier aandacht vragen voor het gebruik van de Fries taal, een minderheidstaal die in Nederland wordt gesproken. Kortom, dit condoom is een object van taalactivisme. Wist je dat ongeveer 10% van alle Europeanen één van de 65 minderheidstalen in Europa spreekt? Veel van deze talen worden echter bedreigd in hun bestaan, omdat het aantal sprekers van deze talen afneemt. Bovendien worden sprekers van deze talen vaak gemarginaliseerd; hun taal wordt gestigmatiseerd in de dagelijkse context waarin ze leven. Er wordt gesuggereerd dat tegen het einde van deze eeuw de helft van de Europese minderheidstalen uitgestorven zal zijn. Taalactivisme kan daarom een belangrijk middel zijn om talen te behouden en nieuw leven in te blazen. In deze module leer je wat taalactivisme is, waarom het belangrijk is en ga je daarnaast aan de slag met enkele voorbeelden van taalactivisme uit de hele wereld. Er wordt ook wat aandacht besteed aan onderwijs in minderheidstalen en geminoriseerde talen.

Deze module richt zich op taalactivisme ten behoeve van minderheidstalen en geminoriseerde talen in Europa en daarbuiten. In deze module wordt een belangrijk kader voor de bescherming van deze talen toegelicht en worden er  actuele voorbeelden opgevoerd van taalactivisme in de samenleving en het onderwijs.

Paragraaf 1: Waarom hebben minderheidstalen activisme nodig?

Reflectie taak | Maak een mindmap waarmee je een antwoord op de volgende vragen probeert te krijgen: Welke minderheidstalen ken je uit jouw land of naar aanleiding van je achtergrond? Hoe ken je ze en wat betekenen ze voor je? 

Door middel van taalatlassen, interactieve kaarten en verschillende voorbeelden uit de praktijk verken je in deze module de definitie, positie en rol van minderheidstalen en geminoriseerde talen, in de context van taalactivisme. Aan het eind van dit blok ben je in staat om: 

  • de termen minderheidstalen en “geminoriseerde (‘minoritized’) talen” te definiëren in vergelijking met verwante terminologie;
  • kenmerken van minderheidstalen en geminoriseerde talen te herkennen; 
  • uit te leggen waarom minderheidstalen en geminoriseerde talen kwetsbaar zijn en bedreigd worden, en wat er gedaan kan worden om minderheidstalen nieuw leven in te blazen; 
  • verworven kennis van minderheidstalen en geminoriseerde talen toe te passen om zo voorbeelden uit de praktijk van deze talen te kunnen begrijpen en te analyseren; 
  • bronnen te gebruiken om de status van een taal te kunnen beoordelen; 
  • na te denken over de waarde van minderheidstalen en geminoriseerde talen voor jou persoonlijk en voor anderen. 

1.1 Wat zijn minderheidstalen en geminoriseerde (“minoritized”) talen?

Onze wereld wordt gekenmerkt door een enorme rijkdom aan taalkundige en culturele diversiteit, onder andere door de aanwezigheid van vele minderheidstalen. Europa kent bijvoorbeeld minstens 69 minderheidstalen die 89% van de taaldiversiteit van de EU vertegenwoordigen, en meer dan de helft van de inheemse talen in Afrika zijn minderheidstalen (Maseko & Nkomo, 2023; Videsott, 2023). Het is mogelijk dat je deze talen als bedreigde talen, erfgoedtalen, minderheidstalen, inheemse talen of regionale talen hebt horen benoemen. Hoewel deze termen soms door elkaar worden gebruikt, kunnen ze ook verwijzen naar wezenlijk verschillende concepten of constructies (Cenoz & Gorter, 2023).

Globaliseringsprocessen en wereldwijde crises zijn verbonden met een massaal en versneld taalverlies (Sánchez Avendaño, 2024, p.416, zie ook Requesens-Galnarens, 2023). Wanneer talen dreigen verloren te gaan of te verdwijnen, wordt vaak de term bedreigde taal gebruikt. Hiermee worden talen aangeduid die thuis niet meer als eerste taal (L1) worden geleerd, die sterk beperkt raken tot bepaalde domeinen van de samenleving en die vaak vooral of alleen door oudere generaties worden gesproken (Cenoz & Gorter, 2023). Bedreiging is het sterkst bij inheemse talen (Requesens-Galnarens, 2023). Wanneer deze term wordt gebruikt, wordt “benadrukt dat de taal wordt gesproken door de oorspronkelijke bewoners van een specifiek geografisch gebied” en er wordt gewezen op de verwevenheid van identiteit en taal (Cenoz & Gorter, 2023, p.3; Requesens-Galnarens, 2023). In die zin deelt de term regionale taal de geografische markering, maar het is geen synoniem. Erfgoedtalen kunnen inheems zijn, maar de term wordt voornamelijk gebruikt in de context van migrantentalen (Trifonas & Aravossitas, 2019).

Reflectie taak | Denk nog eens na over de minderheidstalen naar aanleiding van je mindmap. Zijn er minderheidstalen met de hierboven vermelde speciale kenmerken die met deze termen benoemd kunnen worden? Noteer een B (bedreigd), I (inheems), R (regionaal), E (erfgoed), enzovoort. 

Om de termen minderheidstalen en “geminoriseerd (‘minoritized’) talen beter te begrijpen, bekijken we een geval in Zwitserland. De Zwitserse samenleving is multi-etnisch, multicultureel en meertalig vanwege haar geografische, sociale en economische positie (Maissen et al. 2024).

Taak | De Nederlandse komiek André van Duin en culinair expert Janny van der Heijden reizen per trein door Zwitserland als onderdeel van een televisieserie. Van Duin merkt op dat ze door een gebied reizen, Engadin, dat bekend staat om wat hij ‘een unieke taal’ noemt. Bekijk het fragment en probeer er achter te komen waarom deze ‘unieke taal’ een minderheidstaal zou kunnen zijn. Je kunt hieronder meelezen met het transcript. Tijd slot: 28:43 – 30:46.

Klik hier voor het fragment

Transcript:

Van Duin drukt op een knop in een vertaal-app.

Stem in de app: Pudess ti parlar pli plaun, per plaschair?

Van der Heijden, radend: Ik versta je niet?

Van Duin: Nee; zou u langzaam kunnen spreken.

Van Duin: Dit is de Romaanse taal.

Van der Heijden: Wow, echt waar?

Van Duin drukt nog een knop in.

Stem in de app: Jau na chapesch betg.

Van der Heijden, verontwaardigd gissend: Ben ik een b****?

Van Duin, aanvankelijk schertsend: Ja! Nee; ik begrijp het niet.

Van der Heijden: Ik begrijp het!

– Er komt een serveerster die hen soep serveert. Ze ontdekken dat ze Romaans spreekt. Van Duin vraagt naar het verschil met de standaardtalen. 

Serveerster: Het is heel anders. Mijn moeder spreekt Romansh met mij en mijn vader spreekt Zwitserduits met mij, en op school Duits. Ik bedoel, er zijn niet veel mensen meer die Romansh spreken.

Van Duin: Echt waar? Hoeveel? Meer dan Zwitserduits?

Serveerster: Nee, nee, veel minder! Slechts 0,5% van alle Zwitsers!

Van Duin: Alleen jij en je moeder, dat is het.

Serveerster, lachend: Bijna, maar nee.

– Van Duin vraagt de serveerster een regel te vertalen uit een liedje dat hij zingt, waarbij hij de klanken van de woorden nabootst en slaagt daar waar de woorden op Franse en Italiaanse klanken lijken.

– Serveerster: Als je Frans en Italiaans begrijpt, kun je veel van onze taal begrijpen. Maar het is ook moeilijk want ze hebben wel vijf verschillende dialecten in het Romansh die heel verschillend [sic] zijn.

Van der Heijden en Van Duin: Oh, echt?

Serveerster: In St Moritz bijvoorbeeld, waar wij naartoe reizen, praten ze een soort ander dialect.

Van der Heijden en Van Duin: Oh, doen ze dat?

Serveerster: Ja. Ze zeggen bijvoorbeeld la casa.

Van der Heijden en Van Duin: Oh, het huis!

Serveerster: Ja! En wij zeggen la tgea.

Gevraagd naar het verschil tussen Rheto-Romaans en standaardtalen, wijst de serveerster op de context waarin de taal al dan niet gebruikt wordt. Ze wijst ook op het beperkte aantal sprekers van het Rheto-Romaans. Dit laatste kenmerk wordt vaak genoemd als een belangrijk criterium, maar het is problematisch om het als primaire identificatie te gebruiken (Cenoz & Gorter, 2023; Videsott, 2023). Integendeel, minderheidstalen kunnen gesproken worden door een meerderheid van de bevolking in een bepaalde regio; zo wordt het Catalaans door ongeveer 84% van alle inwoners van de regio in Catalonië gesproken.

Reflectie taak | Kan Spaans een minderheidstaal zijn op je mindmap? Waarom wel of niet?

Spaans is een wereldtaal en heeft meer dan 500 miljoen sprekers. Vanuit demografisch perspectief zou je kunnen zeggen dat Spaans niet op je mindmap thuishoort. Toch wordt het in veel delen van de Verenigde Staten beschouwd als een minderheidstaal (Cenoz & Gorter, 2023). De term minderheidstalen wijst dus op “de asymmetrische relatie tussen de talen” (ibid., p.2). In vergelijking met meerderheidstalen is er een verschil in sociale status en een machtsonevenwicht. Minderheidstalen worden vaak uitgesloten van de inrichting van de nationale staat, in die zin dat ze beperkte sociale functies krijgen in belangrijke sociale sectoren, zoals onderwijs, gezondheidszorg, de rechtspraak, enz. Minderheidstalen zijn vaak onderhevig aan actieve processen van minorisering. Een taal wordt een “geminoriseerde (‘minoritized’) taal wanneer deze “onderdrukt en gemarginaliseerd wordt door dominante groepen in de samenleving” (Cenoz & Gorter, 2023, p.2). Een geminoriseerde taal, ongeacht het aantal sprekers, bevindt zich in een constante staat van diglossie met een dominante taal en [haar] waarde wordt niet erkend op de interactieve scène door sprekers van een sociolinguïstisch dominante taal (Valdés, 2005). Het gebruik van deze term is in bepaalde situaties misschien beter geschikt, omdat het “het inzicht weerspiegelt dat de status van minderheid noch inherent noch vaststaand is” (Lane et al., 2017, p. 8).

In deze module zullen we de term minderheid en “geminoriseerd” door elkaar gebruiken, hoewel we ons altijd bewust zijn van de geconstrueerde aard ervan. Terminologie is geen triviale kwestie als we het hebben over minderheidstalen en activisme, omdat ze afhankelijk is van de context (Gal, 2017; Lane et al., 2017; Videsott, 2023). Als we kijken naar het relatieve aantal sprekers, kunnen we ons afvragen wie bepaalt wat telt, wie de score bijhoudt en waarom. Als we kijken naar de dynamiek van macht, dan kunnen we ons afvragen wat het effect is van het geconstrueerde label op de positie van minderheidstalen ten opzichte van de meerderheid. Toch is de term minderheidstalen ook cruciaal, omdat hij institutioneel gebruikt wordt om rechten en middelen op te eisen (Gal, 2017; Videsott, 2023). 

Zie voor meer informatie over de definitie van minderheidstalen: obo-9780199772810-0176.xml

1.2 Wat zijn de voordelen van het stimuleren van regionale en minderheidstalen?

Reflectie taak | Vraag eens rond in je persoonlijke en/of professionele omgeving. Willen mensen meerdere talen beheersen? Welke talen? Staan er talen op je mindmap die je zou kunnen overwegen te leren? Waarom wel of niet? Voeg dit toe aan je mindmap en gebruik verschillende kleuren om onderscheid te maken tussen positieve en negatieve redenen. Zie je patronen?

Hoewel het beheersen van meerdere talen vaak als een pluspunt wordt beschouwd, blijft het in het geval van minderheidstalen vaak een onzichtbare vorm van tweetaligheid “waarbij de moedertaal wordt ondergewaardeerd en geassocieerd met onderontwikkeling, armoede en achterstand” (Hélot & De Mej́ia, 2008, p. 1). Meertaligheid is altijd een voordeel, ongeacht of er een of meer van de betrokken talen minderheidstalen zijn. 

Het niet erkennen van minderheidstalen en hun sociale rol voor individuen en de samenleving is onrechtvaardig en problematisch. De sociale voordelen van meertaligheid die gepaard gaan met de aanwezigheid van minderheidstalen zijn de laatste jaren uitgebreid belicht: minderheden en hun talen kunnen veel regionale, economische en persoonlijke voordelen bieden (Videsott, 2023):

  • Regionale voordelen: minderheidstaal maken van de gebieden waar ze worden gesproken natuurlijk meertalige gebieden. Dat biedt extra voordelen, niet alleen voor toerisme en, in het bijzonder, voor cultureel/erfgoed toerisme, maar ook geografische en linguïstisch-culturele voordelen omdat ze het potentieel van grensoverschrijdende samenwerking benutten. 
  • Persoonlijke voordelen: sprekers van minderheidstalen hebben banden met officiële staatstalen, maar hun sterkste band is die met hun gelijknamige taal. Het verwerven van en communiceren in een minderheidstaal kan de identiteitsvorming bevorderen en het gevoel erbij te horen stimuleren (zie ook Cenoz & Gorter, 2023). Het gesprek over het Rheto-Romaans (zie paragraaf 1.1) laat zien hoe minderheidstalen ook kunnen dienen om regionale identiteiten te benadrukken en te ondersteunen.
  • Wetenschappelijke en socio-ecologische voordelen: regionale, inheemse en erfgoedtalen kunnen socio-ecologische kennis in zich dragen. Inderdaad, “wetenschappelijke en traditionele kennis over ecosystemen, conservatiemethoden, het leven van planten, het gedrag van dieren en vele andere aspecten van de natuurlijke wereld zijn ingebed in inheemse talen” (Requesens-Galnarens, 2023, p.1). 

Economische voordelen: het onderwijzen van nationale minderheidstalen vereist scholen, dus extra leerkrachten, materialen en leerlingen. Daar komt nog bij dat minderheidstalen ook extra activiteiten mogelijk maken op andere culturele gebieden (bijv. literatuur, theater, musea, muziek, enz.) die een economische component hebben.

Taak | Bekijk het citaat (McIvor, 2018):  

“Het ̓ Nuučaanuł-woord voor boom, sučas, is letterlijk ‘grondbezitter’. Stel je voor dat alle houtkapbedrijven de naam voor bomen in hun documenten zouden veranderen in ‘grondbezitters’ en op die manier over hen zouden praten en denken. Dan zouden ze zeggen: ‘Oh ja, we gaan gewoon al deze grondbezitters hier omhakken en hopen dat er daarna geen aardverschuivingen plaatsvinden!

– Gisele Martin, Nuu-chah-nulth taalactivist en Nuučaanuł leerling 

Welke waarde van minderheidstalen wordt hier overgebracht? Herken je die waarde in de minderheidstalen op je mindmap?

Lees voor meer informatie: Hoe het verlies van inheemse Amerikaanse talen ons begrip van de natuurlijke wereld beïnvloedt. Dit artikel van Rosalyn LaPier (2018) laat meer voorbeelden zien van de socio-ecologische waarde van inheemse minderheidstalen.

1.3 Waarom hebben minderheidstalen activisme nodig?

Minderheidstalen hebben sprekers nodig, anders gaan ze ten onder. Om ervoor te zorgen dat minderheidstalen sprekers blijven hebben, is het eerst en vooral nodig om in de respectieve minderheidsgebieden onder gunstige omstandigheden te kunnen leven en kinderen op te voeden.

Taak | Ga naar Ethnologue’s Kaart van bedreigde talen om te zien hoeveel talen er op dit moment bedreigd worden. Lees de informatie en speel met de interactieve kaart. Gebruik het menu van de website om op taal te zoeken. Bekijk een taal die op je mindmap staat. Gebruik vervolgens het menu om per land te bladeren en selecteer een andere minderheidstaal. Vergelijk de status van de twee minderheidstalen. Wat verklaart de verschillen en overeenkomsten?

Taak | Ga naar de Unesco-wereldatlas van talen (Talen | UNESCO WAL) en speel met de kaart. Klik op verschillende talen die in verschillende mate bedreigd worden.

Minderheidstalen worden vaak geassocieerd met het plattelandsleven, ver weg van de moderniteit (Pietikäinen & Kelly-Holmes, 2013) en niet geschikt om aan de hedendaagse behoeften te voldoen. Dat versterkt de positie van omringende dominante talen als de enige talen die toegang kunnen geven tot vooruitgang, het enige instrument voor opwaartse sociale mobiliteit (Pujolar & O’Rourke, 2018) en daarom de enige talen met marktgestuurde prikkels voor (jonge) sprekers. Daarnaast is deze voorstelling van minderheden als geromantiseerde gemeenschappen die vastzitten in de tijd ook de basis geweest voor sterke ideologieën van ‘taalpurisme’. Taalinnovatie wordt vaak verdacht van inmenging en dialectgebruik wordt ‘zuiver’ en ‘onbesmet’ geacht door ontlening (Robert, 2009, p. 97). In minderheidscontexten ontstaan vaak spanningen tussen ‘echte’ taal en ‘pure’ taal, waarbij de laatste vaak de kern vormt van de gestandaardiseerde versie van de taal (Hornsby, 2015; Belmar, 2017). Dergelijke houdingen en ideologieën over sprekers van minderheidstalen kunnen bijdragen aan het verminderen van de vitaliteit van bepaalde minderheidstalen. Actuele ontwikkelingen, zoals de toenemende globalisering en mobiliteit, in combinatie met sociale en economische veranderingen, hebben veel minderheidstalen nog meer bedreigd. 

Een toegenomen bewustzijn van de risico’s voor en de waarde van culturele en talige diversiteit heeft geleid tot de roep om een paradigmaverschuiving in de houding en het beleid van de EU ten opzichte van (regionale) minderheidstalen en geminoriseerde talen om het proces van ‘culturele en taalkundige verwoestijning’ te stoppen (Videsott, 2023, p.10). Er worden momenteel veel initiatieven genomen om bedreigde talen wereldwijd te helpen versterken.

Taak | Lees de volgende briefing van het Europees Parlement om meer te weten te komen over ontwikkelingen in de bescherming van minderheidstalen op EU-niveau en beantwoord de volgende vragen:

(Briefing over regionale en minderheidstalen in de Europese Unie)

  • Welke wetgevende principes en doelstellingen heeft de EU met betrekking tot regionale en minderheidstalen (artikel 7)? (overzicht op p. 4) 
  • Leg uit waarom beleid en activisme kunnen verschillen tussen EU-lidstaten. 
  • Wat is het doel van het Europees Handvest? 
  • Wat valt op aan de status van regionale en minderheidstalen in de EU? 
  • In de samenvatting wordt verwezen naar de factoren van de Unesco die de vitaliteit van talen bevorderen. Hoe sluiten EU-initiatieven (blz. 10-11) aan bij deze factoren? Vul de onderstaande tabel in:

Intergenerationele overdracht

Aantal en percentage sprekers

Taal leermateriaal

Verschuivingen in het gebruik van de taal

Reactie op nieuwe levensdomeinen

     

Om minderheidstalen te laten overleven en misschien zelfs te laten gedijen, hebben ze verschillende gunstige omstandigheden nodig. Een van de zaken die kan helpen om deze talen te bevorderen is activisme. Onder activisme vallen alle acties die gericht zijn op duurzame systemen voor het verdiepen van begrip, het verminderen van conflicten en het bevorderen van vrede in gemeenschappen en onderdrukte groepen. Hoewel taalactivisme in verschillende vormen en met verschillende doelen kan plaatsvinden, gaat het over het algemeen om “energieke actie gericht op taalgebruik om bestaand taalbeleid te creëren, te beïnvloeden en te veranderen” (Combs & Penfield, 2012, p. 462). Of het nu in een officiële, gemeenschaps- of persoonlijke context gebeurt, taalactivisme is “een kracht voor sociale verandering” (ibid, p. 463). De impact is tweeledig: ten eerste heeft activisme, naast taal, invloed op ongelijkheid en marginalisatie die het gevolg zijn van taaldiscriminatie (De Korne, 2021); en ten tweede gaat het om een groeiend gevoel van agency en empowerment van activistische leden om hun ideeën in beweging te brengen en te implementeren. Dit kan worden bereikt onder de paraplu van drie activistische acties: 1) mensen, organisaties, locaties, talen, enz. met elkaar verbinden; 2) hen vertegenwoordigen in publicaties, toespraken, brieven, interviews, rechtszaken, enz.; en 3) informatieve en/of educatieve materialen, kaarten, databases, wetgeving, digitale hulpmiddelen, beleid, enz. creëren (ibid.). Deze acties worden bepaald en gevormd door de doelen van taalactivisme, die over het algemeen betrekking kunnen hebben op middelen en initiatieven, organisaties en mensen, en communicatie (ibid.). Middelen kunnen materialen, documenten en collecties zijn die hierboven zijn genoemd. Initiatieven verwijzen naar evenementen, zoals festivals en conferenties. Wanneer we activisme op scholen, in centra en organisaties zien, zijn ruimtes en structuren het doelwit. Taalactivisme kan ook gericht zijn op het mogelijk maken van de rol van mensen als expert, leraar, leerling, etc. (d.w.z. mensen en hun identiteit) of op communicatiepraktijken, zoals het verhogen van het gebruik van de doeltaal. Als je bedenkt dat lesmateriaal kan worden ontwikkeld om bijvoorbeeld het doeltaalgebruik onder leerkrachten en lerenden te verhogen, wordt duidelijk dat verschillende acties en doelen elkaar kunnen overlappen en tegelijkertijd aangepakt kunnen worden. De Korne (2021) creëerde een strategiekader voor taalactivisme, dat de vormen en doelen ervan schematisch weergeeft. Hieronder een visuele weergave van het kader:

Visuele weergave van Language Activism Strategy Framework door De Korne (2021).

Taak | Ontdek hoe sprekers van bedreigde minderheidstalen hun talen nieuw leven inblazen door de onderstaande video te bekijken. Wat inspireert jou? Welke ideeën heb jij? 

Reflectie taak | In deze paragraaf hebben we ontdekt wat minderheidstalen en geminoriseerde  talen zijn in termen van hun kenmerken, posities en waarden, en waarom activisme belangrijk is. Wat is de belangrijkste leerervaring die je hebt gehad en waarom? Schrijf je commentaar op je mindmap.

1.4 Zelf-evaluatie

Lees de volgende dialoog die de schrijvers van deze module hebben opgevangen en beantwoord de onderstaande vragen:

Gabriel, oorspronkelijk uit Peru, is met een vriend op bezoek bij zijn grootouders. 

Vriend: Ik begrijp niet welk Spaans je grootouders nu spreken. 

Gabriel: Dat is geen Spaans. Dat is Quechua. Ik spreek geen Quechua, dus ze praten over iets waarvan ze niet willen dat ik het weet. 

Vriend: Maar waarom hebben ze je geen Quechua geleerd? Zoveel mensen spreken Quechua. 

Gabriel: Niet in onze gemeenschap, omdat de taal werd afgekeurd. Mensen zeiden: dat is de taal van de bergbewoners. 

Vriend: Maar het is de taal van jullie volk! 

Gabriel: Dat is hoe mensen het nu zien, maar toen ik een kind was, wilden ze dat ik Spaans sprak zonder accent.

 

  1. Welk kenmerk van een minderheidstaal is duidelijk herkenbaar in het gesprek tussen Gabriel en zijn vriend? 

a. Relatief weinig sprekers.

b. Beperkt tot bepaalde domeinen van de samenleving.

c. Lagere status en positie vergeleken met een meerderheidstaal.

 

2. Ondanks het feit dat Quechua een officiële regionale taal is, is de taal kwetsbaar in Peru. Welke factoren van de schaal waarop talen bedreigd worden komen naar voren in het gesprek (kies er meerdere)? 

a. De taal wordt niet langer verworven als L1.

b. De taal is beperkt tot bepaalde domeinen van de samenleving.

c. De taal wordt voornamelijk of uitsluitend gesproken door een oudere generatie.

d. De taal wordt geassocieerd met sociaal-economische problemen. 

 

3. Welke mogelijk schadelijke houding of ideologie ten aanzien van minderheidstalen herken je in het gesprek

a. Minderheidstalen worden geassocieerd met het plattelandsleven, ver weg van de moderniteit.

b. Minderheidstalen worden gezien als pure talen die beschermd moeten worden tegen taalinvloeden van een meerderheidstaal.

 

4. Een overheidsambtenaar wil Quechua leren, omdat hij ontdekt heeft dat het Spaanse woord ‘chacra’ een beperkte definitie heeft dan het van oorsprong Quechua-woord ‘chakra’, waardoor potentiële aanwijzingen voor landbouwpraktijken in een droog klimaat verloren zijn gegaan. Dit is een voorbeeld van de waarde van minderheidstalen met betrekking tot…

a. regionale ontwikkeling

b. economische ontwikkeling

c. persoonlijke ontwikkeling.

d. wetenschappelijke ontwikkeling.

 

In een Europese context beoogt een handvest (ECRML) het rijke taalerfgoed van Europa te beschermen en traditionele regionale en minderheidstalen te vitaliseren. In beleidsmaatregelen en rapporten voor onmiddellijke actie suggereren ze dat Zweedse regeringsambtenaren verdere stappen ondernemen om een gestructureerd beleid te ontwikkelen met betrekking tot lerarenopleidingen op alle onderwijsniveaus, in samenwerking met de Sami-sprekers. Met welke UNESCO-factoren voor taalvitaliteit wordt rekening gehouden (meerdere antwoorden)? 

a. Intergenerationele overdracht.

b. Aantal en aandeel van sprekers.

c. Taalleermateriaal.

d. Verschuivingen in het gebruik van de taal.

e. Reactie op nieuwe levensdomeinen.

 

6. Wat is het algemene doel van taalactivisme? 

a. Taalbeleid transformeren en creëren om te activeren en te bekrachtigen.

b. Talige discriminatie zichtbaar maken en veranderingen doorvoeren.

c. Te vechten voor taalrechten van sprekers van minderheidstalen.

Paragraaf 2 – Twee voorbeelden van activisme in minderheidstalen en geminoriseerde (“minoritized”) talen

2.1 Fries in Nederland

Taak | Bekijk de volgende video:

Hieronder vind je een aantal Friese woorden uit deze video. Probeer met behulp van je Nederlandse en Engelse woordenschat en misschien je kennis van andere talen de tegenhangers van deze Friese woorden in te vullen.

Fries

Engels

Nederlands

Wolkom

  

Skoalle

  

Ik wurkje

  

Kultuer

  

Wurd

  

In deze paragraaf verken je twee praktijkvoorbeelden van activisme voor minderheidstalen: het Fries in Nederland en het Te Reo Māori in Nieuw-Zeeland. Door de projecten van YungFrysk en Stories of Te Reo te analyseren, krijg je een beter begrip van activisme gericht op minderheidstalen. Aan het eind van deze paragraaf ben je in staat om:

  • Kennis uit de vorige paragraaf te combineren met praktijkvoorbeelden van activisme voor minderheidstalen
  • Sterke kanten van activisme voor minderheidstalen herkennen
  • Bijzondere moeilijkheden van bepaalde minderheidstalen herkennen
  • Analyseren hoe specifieke acties bijdragen aan de doelstellingen van activisme voor minderheidstalen
  • Het beoordelen van de bredere sociolinguïstische context van bepaalde minderheidstalen

2.1.1 Introductie: wat is Fries?

West-Fries (of Fries) in Nederland is één van de drie Friese talen die langs de Noordzeekust worden gesproken, de andere twee zijn Seelterfries en Noord-Fries in Duitsland. Het is een West-Germaanse taal, meer specifiek een Ingveonische taal, en het is nauw verwant aan het Engels. In de provincie Fryslân spreekt ongeveer 65% van alle inwoners de taal goed of redelijk goed (Provinsje Fryslân, 2020). Fries krijgt veel institutionele steun op verschillende niveaus in Nederland, omdat het een officiële status heeft gekregen naast het Nederlands in de provincie Fryslân. Fries wordt beschermd onder deel II en deel III van het Europees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden (1998), dat Nederland heeft ondertekend en geratificeerd. Friezen worden bovendien beschouwd als een etnische minderheid, waardoor ze beschermd worden door het Europees Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden (2005). Verder is in 2014 de Wet Gebruik Friese Taal aangenomen, die een wettelijk kader biedt aan gebruikers van de taal. Daarnaast sluiten de Nederlandse overheid en de provincie  Fryslân periodiek bestuursafspraken, waarin ze elke vijf jaar plannen maken om het gebruik van het Fries in alle maatschappelijke domeinen te bevorderen. In de taalgemeenschap hebben sprekers een zeer positieve houding ten aanzien van het, als het gaat om tot solidariteit, status en gebruik (Klinkenberg et al., 2018).

Percentage aantal Friestaligen per gemeente in Fryslân (Provinsje Fryslân, 2020)

Enkele Friese woorden met hun cognaten:

Fries

Engels

Nederlands

Duits

do hast

you have

jij hebt

du hast

dien

done

gedaan

getan

De skiep hawwe de kaai.

The sheep have the key.

De schapen hebben de sleutel.

Die Schafe haben den Schlüssel.

De doar is grien.

The door is green.

De deur is groen.

Die Tür ist grün.

 

Toch kent het Fries een aantal uitdagingen, bijvoorbeeld waar het gaat om intergenerationele taaloverdracht. Volgens de Fryske Taalatlas zijn er in Fryslân meer ouders die ervoor kiezen om hun kinderen in het Nederlands op te voeden (49%) dan ouders die kiezen voor Fries (45%; Provinsje Fryslân, 2020). Tegelijkertijd valt op dat ouders aangeven dat slechts 38% van de Friese kinderen het Fries actief gebruikt. Ook de positie van het Fries in het onderwijs is nog niet op peil: hoewel Fries in theorie een verplicht vak is op zowel de basisschool als in de eerste jaren van het voortgezet onderwijs, is dit in de praktijk een scenario dat nog gerealiseerd moet worden. Er wordt vooruitgang geboekt met het Taalplan Frysk 2030, een onderwijsbeleidsplan in het kader waarin wordt gestreefd dat alle Friese basisscholen en middelbare scholen in 2030 een zogenaamd A-profiel hebben, wat in de praktijk betekent dat alle scholen tegen die tijd een adequaat onderwijsaanbod van het Fries kunnen aanbieden. Toch heeft de historisch slechte positie van het Fries in het onderwijs ertoe geleid dat slechts (naar eigen zeggen) 17% van de Friezen in staat is om in de eigen taal te schrijven (Provinsje Fryslân, 2020). Je kunt je voorstellen dat de Nederlandse taalinput die Friezen krijgen overweldigend is in vergelijking met het Fries. Nederlands is de sociaal dominante taal van de twee, en hoewel Fries gebruikt kan worden in alle aspecten van het sociale leven, is het gebruik van de taal meestal beperkt tot en wordt het vooral geassocieerd met informele domeinen: een taal die je alleen kunt gebruiken om met familie en vrienden te praten. Het is dan ook geen verrassing dat het Fries veel last heeft van Nederlandse taalinterferentie, zeker als je kijkt naar de kleine taalkundige afstand tussen de twee talen (Belmar & Pinho, 2020).

2.1.2 Activisme voor de Friese taal: Yung Frysk

 Yung Frysk is een activistisch taalbevorderingsproject met als doel jongeren tussen de 16 en 22 jaar te enthousiasmeren voor de Friese taal en hen te motiveren de taal zelf te gebruiken. Het project richt zich op jongeren die zich op een of andere manier identificeren met Fryslân of de Friese taal. Dat kunnen moedertaalsprekers van het Fries zijn, maar het kan ook om jongeren gaan die de taal begrijpen zonder de taal daadwerkelijk te spreken. Het kan echter ook om migranten gaan, die pas een tijdje in Fryslân wonen. Het dalende aantal van jongeren dat er voor kiest Fries te spreken, en de eerder genoemde uitdagingen waar het Fries mee te maken heeft, zijn de belangrijkste redenen waarom de kernboodschap van het project is dat het belangrijk is om Fries te blijven spreken, ook al vind je het moeilijk. Het belangrijkste is het om gewoon Fries te spreken, zelfs als je het niet foutloos kunt spreken en je Fries doorspekt is met veel interferenties uit het Nederlands. Spreek de taal gewoon zoals jij dat wilt!

Met deze aanpak van taalpromotie wil Yung Frysk een community opbouwen waarin Fries toegankelijk wordt voor de hele doelgroep. Yung Frysk heeft een online focus, omdat de meeste jongeren op die manier bereikt kunnen worden. Op dit moment maakt Yung Frysk gebruik van de platformen Instagram, TikTok en YouTube en is de content voornamelijk in video’s te zien. Het project biedt een verscheidenheid aan online content, die kan worden onderverdeeld in drie verschillende soorten: komische, serieuze en inspirerende content. Alle content is of gerelateerd aan Fryslân of het Fries, of aan een onderwerp dat relevant is voor jongeren uit Fryslân. Op Instagram (@yungfrysk, zie screenshot) bereiken sommige van hun video’s een publiek van meer dan 50.000 mensen, terwijl op TikTok hun meest bekeken video’s meer dan 250.000 views hebben.

Yung Frysk hanteert vooral een humoristische benadering van taalactivisme. Een voorbeeld van komische content zijn video’s waarin Fries wordt gesproken in andere delen van Nederland om te zien wat de reactie van niet-Friestaligen is; of video’s van mensen in Fryslân, die proberen een aantal minder vaak gebruikte Friese woorden uit te spreken, waar het erom gaat of ze weten wat ze betekenen. Serieuze content is meer gericht op het persoonlijke leven van de doelgroep. Elke maand verschijnt er een nieuw bookzine met een persoonlijk verhaal, gericht op het informeren en inspireren van de doelgroep en het motiveren tot lezen. Inspirerende content is gericht op inspireren en verbinden, bijvoorbeeld door in te gaan op nieuwsberichten die relevant zijn voor de doelgroep. Een team van studenten van verschillende media- en communicatie gerelateerde opleidingen in zowel het beroepsonderwijs als het hoger onderwijs werkt aan het creëren van content om de boodschap van Yung Frysk te verspreiden. Bij het maken van de content staan hun eigen ideeën en meningen centraal.

Taak | Bekijk de volgende twee video’s:

Ik bin Mbû | Joris 

Bregepop 2023 #fryslân #bregepop #bier

Deze twee video’s zijn heel verschillende voorbeelden van hoe Yung Frysk jonge Friestaligen wil inspireren en enthousiasmeren om hun taal meer te gebruiken. Zoals aangegeven in de inleiding is de ene video meer humoristisch en de andere juist inspirerend. Hoe denk je dat deze twee verschillende voorbeelden beide bijdragen aan het taalbewustzijn van hun doelgroep? Wat zijn hun sterke punten?

Unit 2.2 Te Reo Māori – een niet-Europees voorbeeld van activisme voor minderheidstalen

Taak | bekijk de volgende video door op de link te klikken

2.2.1 Introductie met de Te Reo Māori

Wat je zojuist hebt gezien, is Ka Mate: een traditionele Haka uitgevoerd door de All Blacks, het nationale rugbyteam van Nieuw-Zeeland. Oorspronkelijk was dit een dans die werd uitgevoerd door de Māori, de eerste bewoners van Nieuw-Zeeland, om andere stammen te verwelkomen en om krijgers aan te moedigen als ze ten strijde trokken. De taal waarin de Haka wordt uitgevoerd heet Te Reo en is de taal van de Māori. Tegenwoordig heeft Nieuw-Zeeland drie officiële talen: Engels, dat door de overgrote meerderheid van de bevolking wordt gesproken, de Nieuw-Zeelandse gebarentaal en Te Reo Māori. In Nieuw-Zeeland vormen de Māori een minderheid van ongeveer 775.000 mensen, 16% van de totale bevolking (StatsNZ, 2018). Van de Maori-bevolking spreken ongeveer 185.000 mensen Te Reo, zoals de mensen zelf hun taal noemen, waarvan 50.000 mensen zelf aangeven dat ze de taal echt goed spreken (StatsNZ, 2018).

Verspreiding van Te Reo-sprekers in Nieuw-Zeeland / Aotearoa. Bron: Waarom Māori is als Latijn – Plain Sight – James Kierstead

Na de kolonisatie van Nieuw-Zeeland door de Engelsen in de 19e eeuw begon Te Reo af te nemen. Engels spreken werd aangemoedigd en kinderen die op school Te Reo spraken, werden zwaar gestraft (King, 2018). Sinds de jaren vijftig zijn er echter pogingen ondernomen om Te Reo een nieuw leven in te blazen, vooral vanaf 2015. Over het algemeen volgt het revitaliseringsproces drie stappen: ontwrichting, institutionalisering en normalisering (King, 2018). In 1972 werd door meer dan 30.000 mensen een petitie ondertekend om Te Reo op scholen te introduceren en in 1987 kreeg Te Reo een officiële status in Nieuw-Zeeland. Momenteel wordt de taal gezien als nationaal erfgoed dat het waard is om gered te worden: Nieuw-Zeeland heeft zelfs een langetermijndoel gelanceerd van één miljoen Te Reo-sprekers in 2040. De taal krijgt veel institutionele steun: het heeft een plaats in het onderwijs, grote bedrijven zoals Google en Microsoft maken er werk van om hun diensten in Te Reo aan te bieden, hoewel er nog steeds geen geaccepteerde geschreven standaard is (King, 2018). Te Reo was van oudsher een mondeling overgebrachte taal: tot de 19e eeuw werd het nooit geschreven. In de moderne tijd, na de kolonisatieperiode, werd de behoefte aan een geschreven taal groter. Zo werden de eerste woordenboeken en bijbelvertalingen in Te Reo vanaf 1840 gepubliceerd (Gagné, 2021).

Ondanks de inspanningen in de afgelopen decennia om Te Reo een nieuw leven in te blazen, kampt Nieuw-Zeeland wat dat betreft met een aantal uitdagingen. Een van de grootste problemen waar Te Reo mee te maken heeft, is de taaloverdracht tussen generaties: in een huishouden waarin ten minste één ouder Te Reo spreekt, waren de kinderen in slechts 44% van de gevallen in staat om ook Te Reo te spreken (King, 2018). Volgens de Maori-telling van 2018 kon slechts 19,7% van de Māori tussen de 15 en 24 jaar Te Reo redelijk tot zeer goed spreken (StatsNZ, 2018). Hoewel dit een hoger percentage is dan in voorgaande generaties, zijn de cijfers alarmerend. Daarnaast zijn er zorgen over de ‘kwaliteit’ van het Te Reo dat wordt gesproken door L2-leerders, wiens Te Reo lijdt onder grote taalkundige interferentie van het Engels (Te Rito, 2008).  In het onderwijs is er bovendien een tekort aan Te Reo-docenten en lesmateriaal (King, 2018). Daarnaast wonen steeds meer Māori’s, momenteel ongeveer 85%, in steden (Gagné, 2021). Deze steden worden steeds multicultureler, waardoor Te Reo gemarginaliseerd raakt (Gagné, 2021).

Infographic Te Reo

Infographic over de taaldomeinen van Te Reo: waar spreken Māori Te Reo? Bron: https://www.stats.govt.nz/infographics/nga-puna-korero-where-maori-speak-te-reo-infographic

2.2.2 Verhalen van Te Reo

Taak |  Klik op de link en bezoek de onderstaande website en bekijk de introductie van de website. 

https://www.storiesoftereo.nz/ 

Talen vertellen de verhalen van de mensheid: ze maken ons menselijk.

Een anker voor ons verleden, een kompas voor onze toekomst.

Te Reo verbindt Māori Nieuw-Zeelanders met voorouders, cultuur en identiteit.

Te Reo geeft alle Nieuw-Zeelanders het gevoel erbij te horen

bij deze plek die we thuis noemen.

De strijd om Te Reo te redden is gestreden in grote en kleine gevechten,

door namen en gezichten die we kennen en vele die we niet kennen.

Taal vertelt de verhalen van de mensheid en dit zijn de verhalen van Te Reo.

Dit zijn de verhalen van Aotearoa.”

Historisch gezien is Te Reo een taal die mondeling wordt overgedragen: verhalen, legendes en mythes worden van generatie op generatie doorverteld. In het moderne tijdperk heeft de taal wel een geschreven traditie. Daarom groeit de behoefte aan documentatie. Stories of Te Reo, dat in 2022 van start ging op initiatief van de Māori taalcommissie, is een publieke storytellingcampagne, die een platform biedt aan mensen die behoren tot de Māori gemeenschap in de breedste zin van het woord, zodat zij hun verhalen kunnen vertellen. Stories of Te Reo heeft inmiddels meer dan 300 individuele verhalen verzameld, die het verhaal vertellen van meer dan 200 historische gebeurtenissen. Op deze manier blijven de verhalen, momenten, personen en gebeurtenissen bewaard die hebben bijgedragen aan wat Te Reo vandaag de dag is. De website biedt een interactieve ervaring, omdat de bezoeker wordt uitgenodigd om door de tijdlijn van (modern) Nieuw-Zeeland en door een kaart van het land zelf te scrollen: op deze manier kun je verschillende verhalen uit verschillende delen van het land op verschillende momenten in de tijd bekijken. Je kunt ze lezen, bekijken en beluisteren, want alle verhalen worden op een andere manier verteld. Tot slot nodigt de website leden van de gemeenschap actief uit om hun eigen verhalen te delen: op deze manier dragen de Māori zelf bij aan de documentatie en het voortbestaan van hun taal.

Taak | Navigeer door de website, kies een punt in de tijdlijn en kies vervolgens een verhaal uit een van de regio’s in Nieuw-Zeeland. Lees, kijk of luister naar het verhaal. Denk na over het verhaal dat je hebt gekozen door de volgende vragen te beantwoorden:

  1. Waar gaat het verhaal over, wat vertelt het ons?
  2. Waarom is documentatie belangrijk?
  3. Hoe denk je dat dit project kan bijdragen aan het doel van de Nieuw-Zeelandse regering om het getal van één miljoen Te Reo-sprekers te bereiken in 2040?

2.3 Zelf-evaluatie

  1. Fries is een voorbeeld van een minderheidstaal zonder institutionele steun.

a. Waar

b. Onwaar

 

2. Voorbeelden van worstelingen waar het Fries mee te maken heeft zijn:

a. Negatieve taalattitudes, een gebrek aan overdracht, analfabetisme.

b. Gebrek aan adequaat onderwijs, gebrek aan overdracht, negatieve taalattitudes.

c. Gebrek aan documentatie, gebrek aan adequaat onderwijs, analfabetisme.

d. Gebrek aan adequaat onderwijs, analfabetisme, gebrek aan overdracht.

 

3. Welke benaderingen gebruikt YungFrysk om in contact te komen met hun publiek:

a. Komisch, serieus en inspirerend.

b. Komisch, journalistiek & inspirerend.

c. Serieus, journalistiek & inspirerend.

d. Kritisch, journalistiek & serieus.

 

4. Welke aanpak hanteert de Nieuw-Zeelandse overheid om een positieve houding ten aanzien van Te Reo te creëren?

a. Door het voor te stellen als nationaal erfgoed dat bewaard moet worden.

b. Door te benadrukken dat meertaligheid een waardevol bezit is.

c. Door de cruciale rol te benadrukken die Te Reo speelt in andere culturele gebruiken van de Māori, zoals de Haka.

 

5. Kies het antwoord dat het project Verhalen van Te Reo het beste beschrijft:

a. Stories of Te Reo is een publieksgerichte verhalencampagne, die gericht is op het bewaren en vertellen van Māori mythen, legenden en geschiedenis.

b. Stories of Te Reo is een publieke storytellingcampagne, die specifiek het verhaal van de geschiedenis van Te Reo in het onderwijs vertelt.

c. Verhalen van Te Reo is een publieke storytellingcampagne die Māori mensen uitnodigt om belangrijke verhalen te delen met betrekking tot alle aspecten van (de strijd om) Te Reo.

d. Verhalen van Te Reo is een publieke storytellingcampagne die specifiek gericht is op het stimuleren van taalactivisme onder Māori’s.

Paragraaf 3: Onderwijs in minderheidstalen

Reflectie taak | In paragraaf 2 zag je een video over activisme door YungFrysk, gericht op een jong publiek. Waarom denk je, op basis van wat je weet over minderheidstalen, dat ze hiervoor kiezen? Wat betekent dat voor taalbevordering? Schrijf drie implicaties op. 

Aan de hand van voorbeelden uit de praktijk, een interactieve kaart en zelfs een online game wordt in deze paragraaf beschreven waarom onderwijs een essentieel middel is om minderheidstalen te beschermen en te bevorderen. Aan het eind van deze paragraaf ben je in staat om: 

  • redenen te identificeren voor de cruciale rol van onderwijs bij het revitaliseren van minderheidstalen; 
  • te begrijpen hoe beleid voor minderheidstalen wordt opgezet; 
  • onderscheid te maken tussen verschillende soorten taalplanning; 
  • minderheidstaalbeleid en -planning te analyseren aan de hand van praktijkvoorbeelden uit het onderwijs; 
  • taalactivisme in het onderwijs te contextualiseren;  
  • een verband te leggen tussen onderwijs in minderheidstalen en gelijkheid en integratie; 
  • na te denken over hoe scholen meertalige leerlingen en de revitalisering van minderheidstalen kunnen ondersteunen.

In deze screenshot van de video kun je zien dat populaire Engelse uitdrukkingen moeiteloos worden geïntegreerd in een Fries gesprek. Dit is een voorbeeld van een duurzame taalgemeenschap, die vorm krijgt wanneer promotors ‘erin slagen de taal over te dragen aan de volgende generatie’ (Ó Curnáin & Ó Giollagáin, 2023).

Taak | Onderzoek hoe het leren van minderheidstalen en MINLPP samengaan door p. 1 en 2 van dit rapport te bestuderen: https://zenodo.org/records/8054010. Gebruik de volgende vragen als richtlijn: 

  1. Wat wordt er bedoeld met revitalisering? 

2. Hoe verhouden statusplanning, corpusplanning en acquisitieplanning zich tot elkaar? 

3.1 Hoe neem je minderheidstalen en talen van minderheden op in het onderwijs? Een kader.

Taak | Om beter te begrijpen hoe MINLPP onderdeel kan worden van de onderwijspraktijk, bestudeer je het onderstaande kader. Bekijk de drie implicaties die je bij de reflectietaak hebt opgeschreven. Op welk niveau bevinden ze zich?

Kader van domeinen en niveaus van taalbeleid en -bevordering. Duarte, Gerritsen & Prins (2024) gebaseerd op Combs & Penfield, 2012; Kircher & Vellinga, 2023; en Ó Curnáin & Ó Giollagáin, 2023.

Dit model beschrijft drie niveaus waarop minderheidstalen kunnen worden geïntegreerd in het onderwijs en onderwijssystemen. Een onderling samenhangende en alomvattende aanpak van al deze niveaus is nodig om een duurzame integratie te garanderen (Ó Curnáin & Ó Giollagáin, 2023). Beleid en promotie kunnen soms ongepland plaatsvinden of een natuurlijk fenomeen zijn (d.w.z. niet bewust), maar de integratie van minderheidstalen zal waarschijnlijk succesvoller zijn wanneer acties strategisch en duurzaam zijn gepland (ibid.). Dit is te wijten aan de machtsdynamiek van meerderheidstalen die werd benadrukt in paragraaf 1 en die wordt weergegeven door de interacterende pijlen in het model. Deze machtsdynamiek resulteert in dreigende marginalisatie als gevolg van een beperkt aantal sprekers, beperkte financiële middelen en burgerlijke structuren, problemen met de status van de talen en beperkte taalhulpbronnen, verspreide of diasporische taalgemeenschappen en beperkte politieke macht. 

3.2 Het vergelijken en contrasteren van voorbeelden van onderwijs in minderheidstalen aan de hand van het raamwerk.

Om een beter begrip te krijgen van hoe onderwijs in minderheidstalen vorm zou kunnen krijgen, onderzoeken we Gaelic – een taal die voornamelijk gesproken wordt in de Schotse Hooglanden en op de eilanden (VK). De Gaelic-taal functioneerde als een staatstaal in het middeleeuwse tijdperk, maar repressief overheidsbeleid en grootschalige emigratie resulteerden in een ernstige achteruitgang van de taal en cultuur, totdat een groeiend bewustzijn van de precaire staat van de taal in de tweede helft van de 20e eeuw een impuls gaf aan MINLPP-initiatieven (Robertson, 2018).

Hoewel rapporten uit de 21e eeuw een afname van het aantal volwassen Gaelic sprekers bevestigen, is er een duidelijke toename van het aantal sprekers onder schoolgaande kinderen (ibid.). Dit is te danken aan een interventie op sociaal-politiek niveau: de implementatie van het Gaelic Medium of Instruction (GMI). GMI betekent dat Gaelic wordt gebruikt als instructietaal bij zaakvakken, zoals geschiedenis, aardrijkskunde, enzovoort. GMI beïnvloedt ook andere niveaus: Gaelic maakt deel uit van programma’s en interacties op school (d.w.z. respectievelijk gemeenschappelijk en individueel niveau).   

Het gebruik van Gaelic is echter vaak beperkt tot een rol als Medium of Instruction (MI). Een uitdaging op communaal (gemeenschaps)niveau is het verbreden van de mogelijkheden voor taalonderwijs op school, vooral door corpusplanning: programmaontwikkeling en taalonderwijs in informele omgevingen (bijv. sociale praktijken op school) (ibid.). Studenten verlaten de GMI-programma’s vanwege een gebrek aan middelen: er is een tekort aan gekwalificeerde GMI-docenten en een beperkte beschikbaarheid van lesmateriaal in het Gaelic voor studenten (ibid.). Op individueel niveau blijft het faciliteren van de ontwikkeling van vaardigheden bij docenten en studenten dus een dringende taak (d.w.z. verwervingsplanning). Deze kwesties benadrukken het belang van een alomvattende aanpak voor het duurzaam leren van minderheidstalen.

Het Gaelic wordt geconfronteerd met verschillende bedreigingen die de taal dreigen te marginaliseren in het demografisch-ruimtelijke en politiek-talige domein, waardoor MINLPP op verschillende niveaus nodig is. Het leren van Gaelic blijft bijvoorbeeld achter in dunbevolkte, weidse plattelandsgebieden (ibid.). Daarom is implementatie van taalplannen op lokale scholen (d.w.z. corpusplanning) nodig. Een andere bedreiging betreft de status van het Gaelic in het publieke debat onder ouders (ibid.). Hier kan wat aan gedaan worden in de interacties tussen ouders en leerkrachten (d.w.z. statusplanning). 

Taak | Mercator is een Europees onderzoekscentrum gespecialiseerd in meertalig onderwijs. Bezoek hun Wiki over het leren van minderheidstalen op https://wiki.mercator-research.eu. Lees de informatie op de site en bekijk de kaart (en het tabellenoverzicht). Kies twee talen waarin je geïnteresseerd bent en vergelijk en contrasteer de manier waarop ze in het onderwijs zijn ingebed, waarbij je je concentreert op de volgende vragen: 

  1. Welke acties zie je op elk niveau van het model?
  2. Welke uitdagingen komen naar voren op elk niveau van het model? 
  3. Hoe kunnen problemen worden verklaard? 
  4. Wat zouden je aanbevelingen zijn?

Je kunt de bespreking van Gaelic hierboven als voorbeeld gebruiken. Specifieke voorbeelden van aanbevelingen vind je overal in dit rapport: https://zenodo.org/records/8054010

3.3 Effecten van onderwijs in minderheidstalen

3.3.1 Revitalisering

Taak | Kijk nog eens naar p.1 van dit rapport: https://zenodo.org/records/8054010 en noem vijf manieren waarop nieuwe sprekers en revitalisering van minderheidstalen aan elkaar gerelateerd zijn. 

Onderwijs is een vitaal middel voor MINLPP, in het bijzonder als het gaat om jonge leerders van minderheidstalen: zij zijn niet alleen een andere potentiële groep sprekers, maar ze spelen ook een belangrijke rol bij de revitalisering van minderheidstalen (Videsott, 2023; Debreczeni et al., 2023). Tegelijkertijd is het belangrijk om rekening te houden met minderheidstalen in onderwijsomgevingen. Onderwijs kan een ruimte zijn waarin minderheidstalen beperkt worden door eentalige en normatieve praktijken, soms zelfs in de vorm van zogenaamd tweetalig onderwijs. De Korne (2021) beschrijft het geval van “tweetalig” onderwijs in Oaxacan (MX) dat uiteindelijk probeerde leerlingen over te laten gaan op eentaligheid en de talige en culturele diversiteit van inheemse minderheden uit te wissen. Op een andere manier kan pro-diversiteitsonderwijs leiden tot commodificatie en essentialiseren van minderheidstalen of een “gezuiverde meertaligheid”. Om die reden “is het niet genoeg om een schijnbaar pro-diversiteitsmaatschappij of schoolprogramma te hebben, het is ook belangrijk om de ideologieën te ondervragen die het taalgebruik beïnvloeden in de dagelijkse praktijk van de onderwijsgemeenschap.” (ibid. p. 93). (ibid. p 93). Het is belangrijk voor scholen om flexibele benaderingen, zoals translanguaging, te implementeren en te erkennen dat leerlingen meerdere moedertalen kunnen hebben, die zich op niet-lineaire manieren ontwikkelen (ibid.). In dit hoofdstuk bespreken we eerst de positieve effecten van een succesvolle beleidsimplementatie. Daarna beschrijven we het minderheidstaal activisme dat eraan voorafgaat. 

3.3.2 Effecten op leerlingen 

In het geval van het Baskisch – een minderheidstaal in Spanje – is onderdompelingsonderwijs een belangrijke context voor socialisatie in het Baskisch. Deze onderdompeling heeft een positief effect op de taalvaardigheid van een minderheidstaalleerder, zijn houding ten opzichte van en zijn gehechtheid aan de taal (Martinez et al., 2023). Vergelijkbare observaties werden gedaan in Wales (VK) waar Welsh een minderheidstaal is. Leerlingen op WMI-scholen of tweetalige Welshe scholen waren meer gehecht en hadden een positievere houding ten aanzien van het Welsh dan leerlingen op Engelstalige scholen (Parry & Thomas, 2023).

Onderwijs in minderheidstalen heeft een diepgaand effect op sprekers van minderheidstalen. De krantenkop hiernaast beschrijft de reactie van jongeren op de Nederlandse taalachterstand op Aruba – een land in het Koninkrijk der Nederlanden waar de meeste sprekers thuis Papiamentu gebruiken, maar in het onderwijs Nederlands. Er staat: ‘Als ik alles in mijn eigen taal had kunnen doen, had ik misschien op het gymnasium gezeten’. In Hawaï werd dit idee op de proef gesteld: Hawaïaanse termen werden gebruikt in EMI studies, EMI werd vervangen door HMI, of instellingen stapten helemaal over op onderdompeling. Met name in universitaire studies leidde dit tot een toename van studenten uit Hawaii die zich inschreven voor programma’s en deze afronden, ook op afdelingen die voorheen verwaarloosd werden (Wilson & Kamanā, 2023). Bovendien raakten studenten nauwer verbonden met hun studie (ibid.). Het integreren van minderheidstalen in de onderwijspraktijk draagt inderdaad bij aan inclusief en rechtvaardig onderwijs, wat in lijn is met het vierde VN-doel voor duurzame ontwikkeling.

‘Als ik alles in mijn eigen taal had kunnen doen, had ik misschien wel op het vwo gezeten.’ – zeggen Arubaanse jongeren bij bezoek van prinses Amalia (bron: NRC Handelsblad, 03-02-2021).

3.3.3 Activisme

‘De weg van taalrechten naar taalbeleid is geplaveid met taalactivisme’. 

Combs & Penfield, 2012, p. 474

In dit dossier hebben we veel gesproken over taalplanning en taalbeleid in onderwijsomgevingen, maar we hebben het nog niet gehad over de weg daar naar toe. Om leerlingen te ondersteunen en sociale en academische uitdagingen in minderheidscontexten aan te pakken, moeten leerkrachten misschien tegen de stroom van formeel (normatief of essentialistisch) onderwijs ingaan en onderwijsactivisten worden. Taalactivisme op scholen is over het algemeen gericht op het verstoren van de status-quo (Warren & Ward, aanstaande 2024). In hun context kunnen activistische leerkrachten “gebruik maken van hun sociale rol als kennishouders en legitimeerders van anderen (in dit geval die van jonge leerlingen) kennis, waardoor hun activistische initiatieven extra prestige en sociale betekenis kunnen krijgen” (De Korne, 2021, p. 107). 

Taalactivisme in onderwijsomgevingen kan vorm krijgen door individuele of collectieve acties (Warren & Ward, forthcoming 2024). In paragraaf 1 bespraken we een raamwerk voor strategieën van activisme voor minderheidstalen. In dit kader richten opvoeders-activisten zich meestal op specifieke acties en doelen (De Korne, 2021): Klik op de tabbladen om voorbeelden te verkennen voor elk van de drie acties.

Doelen:

  • Mensen en hun identiteiten
  • Hulpbronnen
  • Communicatieve praktijk

Onderwijspraktijk: Leerlingen nemen deel en produceren materialen

Doelen:

  • Mensen en hun identiteiten

Onderwijspraktijk: Leerkrachten verbinden school en gemeenschap

Doelen:

  • Ruimtes en structuren

Onderwijspraktijk: Lokale kennis en talen gewaardeerd op school

Hoewel educatief taalactivisme verschillende vormen en doelstellingen kan aannemen, streeft het over het algemeen naar een transformatieve onderwijspraktijk (Warren & Ward, binnenkort 2024).

Reflectie taak | Kun je een situatie bedenken waarin een docent een educator-activist werd om de behoeften van zijn of haar studenten te ondersteunen? Welke status quo werd verstoord? Welke acties en doelen streefden ze na om een transformatieve onderwijspraktijk te realiseren?

3.3.4 Voorbeeld van onderwijsactivisme

In dit hoofdstuk bespreken we een voorbeeld van activisme in het onderwijs dat een illustratie is van het eerste tabblad in 3.3.3.

Reflectie taak | Bekijk de video en denk na over de volgende vragen: 

1) Wat zijn de implicaties van een steeds meer digitale wereld voor sprekers van minderheidstalen? 

2) Wat betekent dit voor het onderwijs in minderheidstalen en de ontwikkeling van technologie? 

Moraima van 3 jaar spreekt Galicic met Siri – Europese Taaltechnologie

Er zijn zeer weinig digitale hulpmiddelen, zoals spraakherkenningssystemen, spraaksynthese en geavanceerde tekstverwerking voor minderheidstalen. Deze talen worden vaak over het hoofd gezien, waardoor er een leemte is ontstaan in digitale ondersteuning en hulpmiddelen (Kelly-Holmes, 2019). Als gevolg daarvan zijn sprekers van deze talen gedwongen om te vertrouwen op hun tweede of derde taal (L2 of L3), wat vaak leidt tot frustratie vanwege beperkte taalbeheersing of accentproblemen. Dit probleem werd onderstreept in het European Language Equality Report van 2022 (ga naar het deel over onderwijs, p. 26) waaruit bleek dat er sprake is van digitale vooringenomenheid ten gunste van dominante talen. Als gevolg daarvan bleven minderheidstalen in de marge achter. Andere uitdagingen waarmee sprekers van minder gebruikte en minderheidstalen worden geconfronteerd, zijn het gebrek aan corpora en digitale bronnen om adequate taalmodellen te creëren voor gebruik in spraaktechnologie (Cooper, 2019).

Taak | Ga naar Google Translate of DeepL en probeer alle talen te vinden die in dit rapport worden genoemd of die je in het kader van de vorige taken hebt bekeken. Welke talen hebben digitale ondersteuning voor vertaling en welke niet? 

Een voorbeeld van een digitaal spel dat verschillende minderheidstalen en talen van minderheden in onderwijscontexten ondersteunt, is BabelAR. Het doel van BabelAR is om meertaligheid in de klas te verwelkomen en leerlingen de waarde te laten zien van de taal/talen die ze bezitten en om hun talenkennis te activeren. Hier de factsheet over het spel:

Het spel is gericht op leerlingen tussen de 7 en 12 jaar oud, en de leerlingen moeten samenwerken in dit Augmented Reality (AR)-spel voor meerdere spelers om een gemeenschappelijk doel te bereiken. Ze moeten hun taal(en) en talenkennis gebruiken om een klein wezentje te helpen dat Babel heet (afgebeeld op de rechterkant van de factsheet hierboven) en dat helaas al zijn talenkennis is kwijtgeraakt.

Het spel kan worden gespeeld in veertien (minderheids- en geminoriseerde) talen: Arabisch, Baskisch, Nederlands, Engels, Frans, Fries, Duits, Iers, Italiaans, Pools, Portugees, Russisch, Spaans en Turks. Het doel is om deze talen in de klas te verwelkomen, om leerlingen door middel van een gezamenlijke activiteit open te laten zijn over de talen die ze kennen en om de waarde van hun talenkennis te laten zien. Het spel is gericht op taalbewustzijn, niet op het leren van talen, hoewel de meeste leerlingen tijdens het spelen wel wat woorden zullen leren.

Babel neemt leerlingen niet alleen mee op een taalreis, maar ook naar drie Augmented Reality werelden. In één daarvan zal een zwerm dieren over de vloer van hun klaslokaal lopen. Leerlingen die het spel al hebben gespeeld, waren meer dan enthousiast om hun talen te delen en hun teamleden te helpen in de Augmented Reality-werelden.

Het spelen van BabelAR ontwikkelt het taalbewustzijn van leerlingen op een speelse en interactieve manier en stimuleert de nieuwsgierigheid naar meerdere talen, waaronder minderheidstalen. Leerkrachten zullen veel plezier beleven aan BabelAR als middel om meertaligheid in de klas en de waarde ervan in het onderwijs onder de aandacht te brengen. Je vindt alle instructies en materialen om BabelAR in het onderwijs te gebruiken hier.

Wil je meer lezen over initiatieven voor digitale geletterdheid? Kijk bijvoorbeeld op Digitale initiatieven voor inheemse talen.

Reflectie taak | Kent u technologische ontwikkelingen die scholen in uw omgeving zouden kunnen helpen? Welk activisme, beleid en planning zouden zij kunnen implementeren om minderheidstalen nieuw leven in te blazen? Waarom? Wat zou dat kunnen betekenen voor de leerlingen in de scholen?  

3.4 Zelfevaluatie

In de module heb je het Gaelic bestudeerd. In dezelfde regio is het Schots een minderheidstaal die bedreigd wordt door marginalisatie:

Veel gezinnen willen hun nakomelingen aanmoedigen om het Engels goed te beheersen en gaan ervan uit dat hun algemeen Schots niet verenigbaar is met dit doel. Deze mening bestaat nog steeds, omdat jonge ouders blijven geloven dat hun eigen schoolervaring, waarin ze geleerd werd geen waarde te hechten aan het Schots, juist is. Veel ouders zien het Schots als een belemmering voor de toekomstige onderwijs- en beroepsdoelen van hun kinderen, ook al spreken […] gezinnen het nog steeds vloeiend” (Niven, 2017).

  1. Hoe kunnen we deze marginalisatie bedreigingen classificeren (meerdere antwoorden)?

a. Demografisch.

b. Economisch.

c. Burgerlijk.

d. Talig.

e. Ruimtelijk.

f. Politiek.

 

2. Om het Schots nieuw leven in te blazen, zijn er initiatieven geweest om de aanwezigheid van het Schots in het openbare leven te vergroten door het deel te laten uitmaken van televisie en programma’s. Dit is een voorbeeld van…

a. Statusplanning.

b. Corpusplanning.

c. Acquisitieplanning. 

 

3. Kinderdagverblijven gebruiken een Schotse vertaling van een populair kinderboek in het Verenigd Koninkrijk: De Gruffalo. (Te horen: De Gruffalo in het Schots lezen | Authors Live | BBC Scotland). Dit is een voorbeeld van…

a. Statusplanning.

b. Corpusplanning.

c. Acquisitieplanning.

 

4. Onderwijs in minderheidstalen speelt een cruciale rol bij het revitaliseren van talen. Om welke van de volgende redenen (meerdere antwoorden)?

a. Het creëren van meer mogelijkheden voor het gebruik van minderheidstalen.

b. Het verhogen van de status van minderheidstalen.

c. Standaardiseren van minderheidstalen.

d. Het bevorderen van intergenerationele overdracht van minderheidstalen.

 

5. Duurzame ontwikkeling van het leren van een minderheidstaal kan worden bereikt door acties op een van deze niveaus: sociaal-politiek, gemeenschappelijk en individueel.

a. Klopt.

b. Niet waar.

 

6. Onderwijs in minderheidstalen heeft over het algemeen een positief effect op de taalbinding en gehechtheid van sprekers. In het geval van onderwijs in inheemse minderheidstalen zien we ook een effect op…

a. Inclusief onderwijs.

b. Taalvaardigheid.

c. Beroepsmatig succes. 

 

7. Een leerkracht nodigt een lokale spreker van een minderheidstaal uit om een presentatie te geven voor zijn leerlingen. Op welke taalactivistische acties richten ze zich (meerdere antwoorden)?

a. Creëren 

b. Vertegenwoordigen

c. Verbinden

 

8. Leerlingen maken een documentaire over de talen die ze spreken. Welke doelstellingen van taalactivisme komen hierin naar voren (meerdere antwoorden)? 

a. Hulpbronnen

b. Gebeurtenissen

c. Ruimtes & structuren

d. Mensen & hun identiteiten

e. Communicatieve praktijken 

 

9. Welk aspect van het onderwijs in minderheden is het vaakst onderontwikkeld, waardoor sprekers van minderheidstalen aangewezen zijn op een tweede en derde taal?

a. Literatuur.

b. Woordenlijsten.

c. Digitale hulpmiddelen.

 

10. Rangschik deze acties van sociaal-politiek (macro) naar individueel (micro) niveau:

a. Een leerkracht gebruikt BabelAR in zijn klas om het bewustzijn en de kennis van leerlingen over minderheidstalen te trainen.

b. Vertegenwoordigers van schoolbesturen zijn het erover eens dat inclusief onderwijs op hun school een dynamische benadering van het leren van talen inhoudt, waaronder het leren van minderheidstalen. Ze stellen geld beschikbaar voor de professionele ontwikkeling van leerkrachten op het gebied van digitale geletterdheid van minderheidstalen.

c. Een groep docenten ontwikkelt een projectdag waarop hun leerlingen Quechua en Spaans gebruiken om een Instagram-account te maken voor toeristen over het beschermen van het lokale milieu. 

Conclusie

In deze module hebben we de positie en rol van minderheidstalen en geminoriseerde talen onderzocht. We zagen voorbeelden van hoe minderheidstalen regionale en persoonlijke identiteiten bevorderen. Voorbeelden van inheemse minderheidstalen toonden hun (wetenschappelijke) socio-ecologische waarde aan. Ondanks de belangrijke rol van minderheidstalen en het feit dat meertaligheid vaak als een pluspunt wordt beschouwd, toonden onze verkenningen van taalkundige atlassen en kaarten aan dat minderheidstalen vaak bedreigd worden door de machtsdynamiek met meerderheidstalen, ideologieën over sprekers van minderheidstalen en de toegenomen globalisering. Activisme kan minderheidstalen helpen overleven en gedijen. We onderzochten de verschillende acties en doelen van taalactivisme en bekeken voorbeelden van activisme voor het Frysk (NL) en Te Reo Māori (NZ). We zagen hoe Yung Frysk zich richt op nieuwe generaties met een sterke aanwezigheid op sociale media en een humoristische aanpak. Activisme voor Te Reo richt zich op het creëren van een brug tussen oudere en nieuwe generaties. We verkenden hun interactieve website om te zien hoe activisme middels storytelling eruitziet. Gelet op de cruciale rol van nieuwe sprekers bij het creëren van een duurzame taalgemeenschap, kan onderwijs in minderheidstalen taalrevitalisatie en activisme ondersteunen. Onze analyse van de onderwijsdossiers over minderheidstalen toonde het belang aan van een weloverwogen, allesomvattende aanpak van MINLLP voor duurzaam minderheidstaalonderwijs, vooral omdat de implementatie een diepgaand effect heeft op sprekers van minderheidstalen. Gelijkheid en inclusie worden verder versterkt als we digitale technologieën, zoals BabelAR, in de klas integreren. We onderzochten dit spel als een voorbeeld van taalactivisme in onderwijsomgevingen.

In deze module werd je gevraagd om na te denken over de rol en de waarde van minderheidstalen en taalonderwijs. Op deze wijze af te sluiten:  

Reflectie taak | Wat is het belangrijkste inzicht dat je uit deze module wilt halen? Wat kun je in je persoonlijke, educatieve of professionele omgeving doen om minderheidstalen en sprekers te ondersteunen?  

Rechtvaardiging

Algemene doelstelling van BOLD en specifieke doelstelling van WP3: 

De algemene doelstelling van het BOLD project is het ondersteunen van de training van pre-service leerkrachten over sociale actie met betrekking tot taal en culturele diversiteit. In deze context is de specifieke doelstelling van WP3 het ontwikkelen van een reeks online modulaire cursussen, om zo de algemene doelstelling van het project te ondersteunen. 

Deze module: 

De module “Activisme voor minderheidstalen ” is gebaseerd op het concept van taalactivisme om kwesties van stigmatisering en marginalisering van taalminderheden over de hele wereld te onderzoeken. In een meertalige sociale context wil de cursus cursisten vertrouwd maken met fundamentele concepten zoals: taalminderheden, revitalisering van talen, taalactivisme, burgeractie en minderheidstalen in het onderwijs.

Het is dus de bedoeling om de cursisten kritisch te laten nadenken over de volgende vragen: 

  • Wat zijn minderheidstalen en geminoriseerde talen? 
  • Wat is taalactivisme en waarom is het belangrijk? 
  • Hoe kan taalactivisme gerelateerd worden aan taalbehoud of -revitalisatie? 
  • Wat zijn gemeenschappelijke kenmerken van taalactivistische initiatieven? 
  • Welke kaders beschermen regionale en minderheidstalen? 
  • Hoe worden minderheidstalen in het reguliere onderwijs opgenomen? 

Verbinding van de module met het project van doelstellingen: 

Het algemene doel van deze module, in lijn met het BOLD-project, is het ontwikkelen van een set vaardigheden (digitaal en niet-digitaal) gericht op het begrijpen van het belang van taalactivisme voor minderheidstalen en geminoriseerde talen.

Referenties

Belmar, G. (2017). The Role of Translation in the Revitalization Process of Minority Languages: the case of Basque. Sustainable Multilingualism, 2017(10), 36-54.

Belmar, G. & Pinho, S. (2020). ‘Kinsto it Frysk ferstean?’: Intelligibility of West Frisian for Dutch native speakers. Dutch Journal of Applied Linguistics, 9(1-2): 109-131. https://doi.org/10.1075/dujal.19034.bel 

Cenoz, J. & Gorter, D. (2023). Second language acquisition and minority languages. In: Cenoz, J. & Gorter, D. (Eds.). The Minority Language as a Second Language. Routledge. 

Combs, M.C. & Penfield, S.D. (2012) Language activism and language policy. In: Spolsky, B. (Ed.). Cambridge handbook of language policy. Cambridge UP. 

Cooper, E. (2019). Text-to-speech synthesis using found data for low-resource languages. Columbia University.

Debreczeni, S. et al. (2023). Potential new speakers of Frisian in educational settings – implicit and explicit attitudes in learning a minority language. In: Cenoz, J. & Gorter, D. (Eds.). The Minority Language as a Second Language. Routledge.

De Korne, H. (2021). Language activism: imaginaries and strategies of minority language equality. De Gruyter Mouton.

Duarte, J. (2018). Translanguaging in the context of mainstream multilingual education. International Journal of Multilingualism, 17(2), 232–247. https://doi.org/10.1080/14790718.2018.1512607.

Gagné, N. (2021). Being Maori in the City : Indigenous Everyday Life in Auckland. University of Toronto Press. 

Hélot, C., & De Mejía, A. M. (2008). Introduction. Different spaces, different languages. Integrated perspectives on bilingual education in majority and minority settings. In: C. Hélot & A. M. De Mejía (Eds.). Forging multilingual spaces: Integrated perspectives on majority and minority bilingual education. Multilingual Matters.

Hornsby, M. (2015). The ‘new’ and ‘traditional’ speaker dichotomy: bridging the gap. International Journal of the Sociology of Language, 2015(231), 107-125.

Kelly-Holmes H. (2019). Multilingualism and Technology: A Review of Developments in Digital Communication from Monolingualism to Idiolingualism. Annual Review of Applied Linguistics 39, 24-39.

King, J. (2018). Maori: the Revitalization of an Endangered Language. In Rehg, K. L. & Campbell, L. (Eds.). The Oxford Handbook of Endangered Languages. Oxford UP. 

Kircher, R. & Vellinga, M. (2023). New Speakers of West Frisian: Promoting Language Learning and Use to Foster Revitalisation. Fryske Akademy. https://doi.org/10.5281/zenodo.805400

Klinkenberg, E., Jonkman, R., & Stefan, N. (2018). Taal yn Fryslan: De folgjende generaasje. Fryske Akademy. https://pure.knaw.nl/ws/portalfiles/portal/7213269/Taal_yn_Frysl_n_de_folgjende_generaasje_2018.pdf 

Lane, P. et al. (Eds.). (2017). Standardizing minority languages - competing ideologies of authority and authenticity in the global periphery. Routledge.

Martinez de Luna Pérez de Arriba, I. et al. (2023). Language proficiency and language use in Basque as a first or second language. In: Cenoz, J. & Gorter, D. (Eds.). The Minority Language as a Second Language. Routledge.

Maissen, T. et al. (2024, February 18). Switzerland. Encyclopedia Britannica. https://www.britannica.com/place/Switzerland

Maseko, B. & Nkomo, D. (2023). Power to minorities. In: Cenoz, J. & Gorter, D. (Eds.). The Minority Language as a Second Language. Routledge.

McIvor, O. (2018). Indigenous languages in Canada. UNESCO. https://en.iyil2019.org/wp-content/uploads/2018/11/IndigenousLanguagesCCUNESCO.pdf 

Moseley, C. & Nicolas, A. (2010). Atlas of world’s languages in danger. UNESCO. https://unesdoc.unesco.org/ark:/48223/pf0000187026

Niven, L. (2017). Scots: The Scots language in education in Scotland. Mercator European Research Centre on Multilingualism and Language Learning.

Ó Curnáin, B. & Ó Giollagáin, C. (2023). Minority language protection and promotion. In: Gazzola, M. et al. (Eds.) The Routledge handbook of language policy and planning. Routledge. 

Parry, N.M. & Thomas, E.M. (2023). Legitimizing the bilingual: Identity issues among L2 Welsh-speaking teenagers in English-medium schools in Wales. In: Cenoz, J. & Gorter, D. (Eds.). The Minority Language as a Second Language. Routledge.

Pietikäinen, S., & Kelly-Holmes, H. (2011). Multilingualism and the Periphery. Oxford UP.

Provinsje Fryslân. (2020). De Fryske Taalatlas 2020: Fryske taal yn byld. https://friesland.databank.nl/report/Taalatlas%202020%20%28Fries%29.pdf 

Pujolar, J., & O’Rourke, B. (2018). Position paper: The Debates on “New Speakers” and “Non-Native” Speakers as Symptoms of Late Modern Anxieties over Linguistic Ownership (Unpublished). Retrieved March 7, 2024, from: https://www.academia.edu/35039330/Position_paper_The_debates_on_new_speakers_and_non-native_speakers_as_symptoms_of_late_modern_anxieties_over_linguistic_ownership 

Sánchez Avendaño, C. (2024). Reclaiming indigenous languages. In: Gazzola, M. et al. (Eds.) The Routledge handbook of language policy and planning. Routledge. 

Robert, E. (2009). Accommodating new speakers? An attitudinal investigation of L2 speakers of Welsh in south-east Wales. International Journal of the Sociology of Language, 2009(195), 93-115. doi: 10.1515/IJSL.2009.007

Robertson, B. (2018). Gàidhlig: The Gaelic Language in Education in Scotland. Mercator European Research Centre on Multilingualism and Language Learning. https://www.mercator-research.eu/fileadmin/mercator/documents/regional_dossiers/Gaelic_2nd.pdf

Requesens-Galnarens, A. (2023). Why indigenous languages matter: the international decade on indigenous languages 2022-2023. United Nations DESA. https://www.un-ilibrary.org/content/papers/10.18356/27081990-151/read

StatsNZ. (2018). Maori ethnic group – 2018 census. https://www.stats.govt.nz/tools/2018-census-ethnic-group-summaries/m%C4%81ori 

StatsNZ. (2018). Te Kupenga: 2018 (final) – English. https://www.stats.govt.nz/information-releases/te-kupenga-2018-final-english 

Te Rito, J. S. (2008). Struggles for the Māori language: He whawhai mo te reo Māori. MAI Review 2008 (2): 6. https://www.journal.mai.ac.nz/system/files/maireview/164-749-1-PB.pdf 

Valdés, G. (2005). Bilingualism, heritage language learners, and sla research: opportunities lost or seized?. The Modern Language Journal, 89(3), 410-426. https://doi.org/10.1111/j.1540-4781.2005.00314.x

Videsott, P. (2023). Linguistic and cultural diversity – Minority and minoritised languages as part of European linguistic and cultural diversity. European Union. http://www.europarl.europa.eu/supporting-analyses

Wilson, W.H. & Kamanā, K. (2023). Building on the strength of identity in revitalizing Hawaiian on a foundation of second language learners. In: Cenoz, J. & Gorter, D. (Eds.). The Minority Language as a Second Language. Routledge.